5 wandelingen op het nieuwe wandelnetwerk Dendervallei Noord

Natuurgebied Den Dotter ontleent zijn naam aan de knalgele dotterbloem die er elk voorjaar welig tiert. Tussen Haaltert en Erpe-Mere ontdek je - grotendeels langs onverharde veldwegels - een kleurrijke mix van weilanden, broekbossen en glooiende kouters. Opgelet: waterdichte schoenen zijn op deze ondergrond geen overbodige luxe. 

Volg onze Den Dotter wandelroute van 11 km. Tussen de prachtige landschappen en de historische watermolens door - de waterweg die je geregeld kruist, heet niet voor niets de Molenbeek-Ter Erpenbeek - zijn er mogelijkheden te over om even een welgekomen pauze in te lassen. Zo vind je in Aaigem vlak bij elkaar zowel het karaktervolle taart- en koffiehuis Groot Geluk als Hoeve Van Den Bossche, die zijn verse melk onder meer verwerkt in zalig artisanaal hoeve-ijs. Het pittoreske volkscafé Cabaré in Mere, met een fraai zonneterras aan de voet van de Gotegemberg, is dan weer geknipt om bij wijze van afsluiter een verfrissend streekbiertje te nuttigen.

De 22 km lange Molenbeek loopt als een levensader door de Geelstervallei in Lede. Die dankt haar naam aan de bosgeelster, een zeldzame voorjaarsbloeier uit de leliefamilie die maar op enkele plaatsen in Vlaanderen voorkomt. Vanwege de waterrijke bodem zijn waterdichte schoenen of zelfs laarzen hier het hele jaar door sterk aanbevolen.

In deze tocht van 5 kilometer wandel je door een vallei én een prachtig groen gebied dat rijk is aan knappe vergezichten en indrukwekkende flauna en flora. Voor of na de wandeling kan je in de dorpskern van Impe terecht in de cafés De Oude Mol of Buitenbeentje. Onderweg kan je midden in de ongerepte natuur gezellig tafelen of gewoon iets drinken in brasserie De Wijmenier. Die is genoemd naar de talloze mandenvlechters die destijds in deze streek met wilgentwijgen aan de slag gingen. Je vindt er een mooie tuin en een overdekt terras.

Tussen de dorpskernen van Erembodegem en Denderleeuw liggen de laatste intact gebleven overstromingsgebieden van de Dender. Zij dateren nog uit de tijd toen deze rivier nog een beek was en niet door sluizen werd geregeld. Zowel de Wellemeersen (op de linkeroever) als de Kapellemeersen (op de rechteroever) herbergen een uitzonderlijk grote verscheidenheid aan flora en fauna. Zorgvuldig aangelegde knuppelpaden houden op de meest drassige stukken je voeten droog. Al blijven na een periode van hevige regen laarzen toch wel aangewezen.

De Welle- en Kapellemeersen wandelroute verbindt de mooiste plekjes van beide natuurgebieden met elkaar. In het dorp kan je bij De tafel van Elise naar hartenlust je honger en dorst stillen. Daarna keer je aan de overkant van de Dender terug naar je vertrekpunt. Aangezien de stations van Denderleeuw en Erembodegem allebei vrijwel langs het parcours liggen, is deze wandeling trouwens ook een prima treinstapper. 

Waar de bijzondere naam Faluintjes precies vandaan komt, is voer voor discussie. Feit is dat deze groene, zacht glooiende streek uit de Aalsterse deelgemeenten Moorsel, Baardegem, Herdersem en Meldert bestaat en dat de hopteelt er eeuwenlang een uiterst welvarende landbouwtak was. In het beschermde Kravaalbos - een restant van het historische Kolenwoud - zorgen de boshyacinten in de lente voor een kleurrijk schouwspel.

Met zijn 21,6 km is de Van de Faluintjes naar het Kravaalbos wandelroute, met vertrek in Moorsel, een behoorlijk stevige brok. Iets te veel van het goede? Je kan de tocht makkelijk in twee dagen afleggen en onderweg logeren bij een van onze fijne logeeradresjes. Het leuke aan deze streek is bovendien dat er veel fijne adresjes zijn, waar je even op adem kan komen bij een goed glas en/of lekkere maaltijd. Vooral Meldert is met De Goudkarper, brasserie ’t Vertier, Hof den Tuitelaar en de authentieke dorpsherberg Bij Stinne bijzonder goed bedeeld. Net voor de historische Abdij van Affligem is het Kozakkeshof een aanrader.